Naar bed gaan
Voor een gezonde groei en ontwikkeling is het belangrijk dat je kind voldoende slaap heeft. De meeste peuters gaan tussen 18:30 en 20:00 naar bed. Gemiddeld heeft een peuter ’s nachts twaalf uur slaap nodig en een middagdutje van één of twee uur. Afhankelijk van hoe druk hij die dag is, kan zijn behoefte aan slaap per dag verschillen. Als je kind niet genoeg slaapt, kan hij de volgende dag moe en prikkelbaar zijn.
Je kind wil niet slapen
Het is heel normaal als je kind niet naar bed wilt. Hij ziet namelijk dat zijn ouders nog op blijven, terwijl hij alweer naar bed moet. Probeer daarom om het naar bed gaan positief te benaderen, door bijvoorbeeld een gezellige plek te creëren. Verder kun je je kind in slaap helpen door voor het slapen gaan alleen nog maar rustige activiteiten te doen en de omgeving rustig te houden. Dus voor het slapen gaan niet meer stoeien, maar je kunt wel samen een boekje lezen. Peuters vinden het fijn om elke dag op een vast tijdstip met een vast ritueel naar bed gebracht te worden. Probeer daarom alles in een vaste volgorde te doen.
Je kind kan moeilijk in slaap vallen
Er kunnen verschillende redenen zijn waarom je kind ’s nachts een paar keer wakker wordt. Het kan zijn omdat hij zich niet lekker voelt, ziek is of een enge droom heeft. Bovendien kan het ook een angstaanval zijn. Probeer erachter te komen wat er met hem aan de hand is. Als je kind niet goed in zijn vel zit, kan het helpen door hem overdag meer aandacht te geven. Je kindje kan namelijk onzeker zijn door de veranderingen in zijn leven, of omdat hij niet goed weet wat wel of niet mag. Je zult zien dat als je je hier bewust van bent en je kind meer aandacht geeft, dat hij weer goed zal gaan slapen.
Als je kind ziek is, gaat het na een tijdje vanzelf over. Zorg er wel voor dat je in die paar dagen je kind geen verkeerde gewoontes aan leert. Anders wil hij in het vervolg altijd in je bed slapen of drinken meenemen. Doe dit daarom alleen als je kind echt ziek is en ga daarna gelijk terug naar het normale ritueel. Door te dromen verwerkt je kind de indrukken die hij overdag heeft opgedaan. Als hij overdag te druk is geweest of te weinig heeft geslapen kan hij last krijgen van nachtmerries. Het is heel normaal dat peuters af en toe nachtmerries krijgen. Op deze leeftijd kan je kind nog moeilijk onderscheidt maken tussen fantasie en werkelijkheid en hierdoor kan hij er nog niet goed over kunnen praten. Dat komt pas rond de kleuterleeftijd.
Slaapwandelen
Er zijn kinderen die weleens in hun slaap praten of slaapwandelen. Zolang de omgeving veilig is kan slaapwandelen geen kwaad. Om ongelukken te voorkomen kun je bijvoorbeeld een traphekje plaatsen. Bovendien kun je je kind naar zijn bed leiden, als je ziet dat hij aan het slaapwandelen is. Zorg ervoor dat je hem intussen niet wakker maakt. Het kan namelijk zijn slaap verstoren. De volgende ochtend zal hij zich er niets meer van herinneren. Slaapwandelen gaat over het algemeen na een tijdje vanzelf weer over.
Vroeg wakker
De meeste peuters zijn vroeg wakker, terwijl jij nog in bed ligt. Om te voorkomen dat hij je vroeg wakker maakt, kun je duidelijke afspraken met hem maken. Bijvoorbeeld dat hij pas naar jullie kamer mag komen wanneer de radio aangaat en dat hij tot die tijd zichzelf kan vermaken met zijn speelgoed. Vertel hem er wel bij dat hij je altijd kan roepen als er iets aan de hand is, bijvoorbeeld als hij in zijn bed een plasje heeft gedaan.
Het middagdutje
Een middagdutje is voor peuters erg belangrijk. De duur hiervan verschilt per kind. Sommige peuters hebben dagelijks twee middagdutjes nodig. Probeer ervoor te zorgen dat dit één langer dutje wordt. Na een tijdje zijn er geen middagdutjes meer nodig en kun je het geleidelijk afbouwen. Dit kun je doen door het middagdutje telkens met een kwartier korter te maken.