6-stappenplan richting vaste voeding

De eerste maanden na de geboorte zijn makkelijk als het om voeding gaat. Je kindje heeft voldoende aan borstvoeding en/of flesvoeding. Maar het moment dat je kind toe is aan vaste voeding komt vaak sneller dan je denkt! En hoe pak je die overstap dan aan? Met dit stappenplan moet het lukken.

1. Je kind heeft de leiding

In principe heeft je kind tot de leeftijd van ongeveer 6 maanden meer dan genoeg aan vloeibaar voedsel (borst of fles), maar vanaf de leeftijd van 4 maanden kan je vast voedsel introduceren. Afgeraden wordt om eerder te beginnen, omdat het spijsverteringsstelsel van je kindje er dan nog niet klaar voor is. Of je kindje klaar is voor vaste voeding kun je vaststellen door op een paar dingen te letten:

• Om vaste voeding te kunnen eten, is het belangrijk dat je kindje controle heeft over hoofd- en nekspieren. Begin dus nog niet wanneer je baby nog niet goed zelfstandig rechtop kan zitten;
• Kan je kindje je al duidelijk maken dat hij of zij vol is? Dat doet je kleine bijvoorbeeld door het hoofd weg te draaien van de fles. Die signalen kunnen laten zien en, voor jou, kunnen herkennen is belangrijk bij het leren eten;
• Kijkt je kind jou het eten al uit de mond? Er komt een moment waarop je baby de fles maar saai begint te vinden en in plaats daarvan gaat grijpen naar jouw eten. Een goed teken!
Bovenstaande kun je als ouder niet versnellen of vertragen. Je kindje heeft hierin de leiding. Het ene kind probeert al voor de vierde maand je eten te pakken krijgen, het andere heeft met zes maanden nog steeds weinig interesse.

2. Zorg voor de juiste start

Start je op de traditionele manier, met een hapje dat je voert met een lepeltje? Start met één ingrediënt, of met rijstpap. Babyhapjes kun je kopen (potjes zijn prima!), maar kun je ook zelf maken. Het beste is om te starten met groente, omdat baby’s van nature de voorkeur geven aan zoet. Wanneer je start met fruithapjes, kan het voor je baby lastiger zijn om daarna de groentehapjes te gaan waarderen! Zorg dat je baby tijdens het voeden goed rechtop in een kinderstoel zit. Oefen tweemaal per dag met vaste voeding. Meestal is het het handigst om het oefenen met vaste voeding af te sluiten met de fles of borst. Zo leert je kindje makkelijker een nieuw patroon aan. Het leren eten van een lepel is een belangrijke stap in de ontwikkeling van je kindje. Maak je geen zorgen over het feit dat de eerste keren de meeste voeding naast in plaats van in de mond belandt. Uiteindelijk krijgt je kleine het echt wel onder de knie.

3. Zorg voor variatie

Het is dus handiger om eerst groente, en daarna pas fruit te introduceren. Verder zijn er wat betreft introductie weinig richtlijnen. Vaak wordt geadviseerd om een paar dagen achter elkaar dezelfde groente of fruit aan te bieden. Zo went je kindje makkelijker aan een nieuwe smaak. Daarnaast is het, wanneer je kindje opeens uitslag of buikklachten heeft, duidelijk welke voeding de boosdoener is. Je kindje kan allergisch zijn, of last hebben van een tijdelijke intolerantie. Heeft je kindje klachten? Dan is het advies om te overleggen met de huisarts of op het consultatiebureau.

Tekst gaat verder onder de afbeelding.

babyhand met brood

4. Voorkeur is geen probleem

Wees niet verbaasd wanneer je baby in het begin duidelijke voorkeuren blijkt te hebben voor bepaalde smaken. Dat is heel normaal. Het is wel belangrijk om ook de voeding te blijven voorzetten waar je kleine wat minder enthousiast van wordt. Je zal soms wel 15 tot 20 keer hetzelfde moeten aanbieden, voordat je kindje het eindelijk gaat waarderen! Dit kost wat geduld, maar op de lange termijn levert het veel op. Op deze manier krijg je een gezonde eter en dat is toch wat je graag wilt? Vergeet overigens niet dat baby’s tussen de 4 en 6 maanden oud ook nog borst- of flesvoeding moeten krijgen naast de vaste voeding. De voedingsstoffen hieruit zijn in deze periode namelijk nog broodnodig.

5. Vaste voeding bij baby 6 – 9 maanden

Heeft je kleine het eten van gepureerd voedsel onder de knie? Dan wordt het tijd voor wat minder gepureerde versies. Ook het eten van zachte stukjes vlees, vis of kip zal nu makkelijker worden. Begin met een paar eetlepeltjes vol en breid dit langzaam uit. Introduceer niet te veel soorten voeding te snel achter elkaar. Het is beter om je kindje langzaam aan nieuwe smaken te laten wennen. Je zal in deze periode ook gaan merken dat je kindje naar het eten gaat grijpen. Wanneer het grijpen en vasthouden goed gaat, kun je beginnen met het geven van baby biscuits, soepstengels of babyrijstwafels. Ook het zelf leren eten van stukjes fruit kan erg leuk en uitdagend zijn. Start met zachte fruit- en groentesoorten, zoals banaan en avocado. Grappig detail: om dit te kunnen eten heeft je kindje nog geen tandjes nodig. Bijten op die zachte dingen lukt ook prima met alleen tandvlees en kaken! Waarschuwing: laat je kindje tijdens het eten nooit alleen. Kauwen, happen en slikken zijn nog steeds nieuwe dingen die je kind nog goed onder de knie moet krijgen. Blijf in de buurt, zodat je direct kan helpen wanneer je kleine zich verslikt.

6. Met de pot mee-eten

Is je kindje gewend aan ongepureerde voeding en heeft hij of zij kennis gemaakt met allerlei smaken? Dan ligt de volgende stap binnen handbereik: mee-eten met wat de pot schaft. Gezellig met het hele gezin aan tafel! Let bij het eten wel op de hoeveelheid kruiden die je eraan toevoegt. Wees spaarzaam met zout en maak de boel niet te pittig. Zo kan je kindje langzaam wennen aan het echte werk. Met een beetje geluk is je kleine rond de eerste verjaardag uitgegroeid tot een peuter die graag nieuwe dingen proeft en aan tafel met plezier mee-eet. Geen strijd, maar gezelligheid!

Reageer op artikel:
6-stappenplan richting vaste voeding
Sluiten